KINDERORTHOPEDIE VOOR DE HUISARTS

Huisartsen krijgen geregeld vragen op het spreekuur over klachten van het bewegingsapparaat bij kinderen. Zoals vragen over de stand van de benen en voeten of de manier van lopen. De fysiologische range is breed. Maar wanneer is er toch iets meer aan de hand met een x-been? En kun je met volle overtuiging ouders geruststellen dat het wel goed komt met die platvoeten?

Dit boek is praktisch en visueel ingesteld om de huisarts tijdens een consult snel wegwijs te maken in de kinderorthopedie. Hierbij wordt zowel de scheiding tussen fysiologie en pathologie als de meest voorkomende kinderorthopedische problemen besproken. Rode vlaggen die niet gemist mogen worden en witte raven die zich in de eerste lijn kunnen presenteren zijn in de tekst goed herkenbaar weergegeven.

De hoofdstukken starten met een overzichtstabel met incidenties, typische leeftijd van presentatie en mogelijke symptomen. Zo blijven in een oogopslag nog maar een paar diagnoses in de differentiaaldiagnose (DD) staan. Met veel beeldmateriaal en illustraties en praktische informatie geeft dit boek de handvatten om tot de juiste diagnose te komen en de patient uitleg te geven. Ook geeft de redactie advies of aanvullend onderzoek zinvol is, welke behandeling in de eerste lijn gestart kan worden en wanneer verwijzing naar de tweede lijn nodig is.

Kinderorthopedie voor de huisarts, rode vlaggen en witte raven is in eerste instantie interessant voor de huisarts. Maar ook alle (para)medici die in aanraking komen met de kinderorthopedische pathologie zullen in dit boek terug kunnen vinden waar ze in hun spreekkamer mee in aanraking komen.

De redactie bestaat uit Joost van Linge, orthopedisch chirurg voor kinderen in het Juliana Kinder- Ziekenhuis en Reinier de Graaf Gasthuis. Christiaan van Bergen, orthopedisch chirurg in het Amphia Breda en Erasmus MC - Sophia Kinderziekenhuis Rotterdam. Melinda Witbreuk, orthopedisch chirurg in het Amsterdam UMC.